Judit Hódos is geboren in Boedapest (HU) in 1964. In 1984 doet zij in haar geboorteland eindexamen van haar pottenbakkers opleiding. Van 1985 tot 1989 volgt zij de opleiding aan de 'Craft's Academy' in Budapest. In 1989 verhuist zij naar Amersfoort (NL). Zij is lid van de Nederlandse Vakgroep Keramisten (NVK). In 1996 exposeert zij met andere porselein keramisten in Galerie Amphora te Oosterbeek. Zij geeft ook lessen in kunstgeschiedenis aan het Vathorst College te Amersfoort.
Afbeelding: Judit Hódos, portret (bron Vathorst College Amersfoort); kom gegoten in zandvorm, 1996 met signatuur (Capriolus verkocht).
Werk:
Judit Hódos is gespecialiseerd in het werken met porseleinklei, waarbij zij verschillende draai- en giettechnieken toepast. Steeds zoekt zij naar nieuwe mogelijkheden. Haar meest recente werk rond 1996 is gegoten in eenmalige zandvormen. Deze techniek is ontleend aan het gieten van brons. De buitenwand van de potten vertoont geheel of gedeeltelijk een ruwe, korrelige struktuur, doordat er zand aan blijft kleven. Andere delen van de wand , waaronder de binnenzijde, worden glad geschuurd en bedekt met pigmenten of (luster) glazuur. Het resultaat is, dat er boeiende contrasten ontstaan: tussen gladde en ruige, witte en kleurige, doorschijnende en steenachtige delen, tussen orde en chaos (tekst Mieke Spruit-Ledeboer, 1996).
Judit Hódos is geboren in Boedapest (HU) in 1964. In 1984 doet zij in haar geboorteland eindexamen van haar pottenbakkers opleiding. Van 1985 tot 1989 volgt zij de opleiding aan de 'Craft's Academy' in Budapest. In 1989 verhuist zij naar Amersfoort (NL). Zij is lid van de Nederlandse Vakgroep Keramisten (NVK). In 1996 exposeert zij met andere porselein keramisten in Galerie Amphora te Oosterbeek. Zij geeft ook lessen in kunstgeschiedenis aan het Vathorst College te Amersfoort.
Afbeelding: Judit Hódos, portret (bron Vathorst College Amersfoort); kom gegoten in zandvorm, 1996 met signatuur (Capriolus verkocht).
Judit Hódos is gespecialiseerd in het werken met porseleinklei, waarbij zij verschillende draai- en giettechnieken toepast. Steeds zoekt zij naar nieuwe mogelijkheden. Haar meest recente werk rond 1996 is gegoten in eenmalige zandvormen. Deze techniek is ontleend aan het gieten van brons. De buitenwand van de potten vertoont geheel of gedeeltelijk een ruwe, korrelige struktuur, doordat er zand aan blijft kleven. Andere delen van de wand , waaronder de binnenzijde, worden glad geschuurd en bedekt met pigmenten of (luster) glazuur. Het resultaat is, dat er boeiende contrasten ontstaan: tussen gladde en ruige, witte en kleurige, doorschijnende en steenachtige delen, tussen orde en chaos (tekst Mieke Spruit-Ledeboer, 1996).